En toen werd het rood
- Enya Franckaerts
- 25 nov 2020
- 6 minuten om te lezen
Yannick en ik waren altijd vrij zeker dat Ezra ons enige kindje zou zijn. We waren vrij zeker. Maar toch werd die deur nooit met volle kracht toegegooid. Geen van ons had het lef, dacht ik. Wist ik veel dat het lot ons beschermde voor potentieel de grootste portie spijt van ons leven.
Ezra was ondertussen bijna drie en wat een zalig, druk, sociaal, dramatisch kereltje was hij al. Voor mij werd het eens tijd om opnieuw - na veel te lang gewacht te hebben - een afspraak te maken bij mijn gynaecoloog. Gewoon een check-up, niets speciaal. Terwijl ik wachtte in de volle wachtzaal, besefte ik dat ik, samen met een aantal dames die minstens 50 lentes hadden gezien, de enige leek zonder buikje. Een beklemmend gevoel bekroop me, ik kreeg het gevoel alsof ik iets aan het missen was. In mijn hart voelde ik een tikkeltje jaloezie. Tegenover al die mooie mama's, met hun wondertjes. Maar op dat moment stopte ik dat gevoel diep weg in mijn nostalgie-schuifje. Ik was gewoon nostalgisch over mijn eigen, perfecte zwangerschap. Niets meer, niets minder. Maar de volgende ochtend, hoorde ik mezelf tegen Yannick zeggen dat we eens moesten praten. Ik wist niet hoe hij erover dacht, maar ik zag ons gezin toch anders dan met ons drie. Als ik keek naar een toekomst binnen een tiental jaar, zag ik meer dan Ezra alleen. Yannick bleef vrij lang stil en onderbrak me niet. Toen ik merkte dat hij niet echt reageerde, vroeg ik letterlijk "wat denk jij?". Een langzaam verscheen er een verlegen glimlach rond zijn mond. Hij dacht er al langer zo over, maar had tot nu toe zijn mond gehouden om mij niet onder druk te zetten of een ongemakkelijk gevoel te geven. Opluchting en een deur die opeens weer wagenwijd open stond.
Flash forward naar midden september. Ongelooflijk maar waar, we waren zwanger, veel sneller dan verwacht want mijn spiraaltje was pas vier weken eerder verwijderd. Giechelend als twee tieners, deelden Yannick en ik een geheimpje dat even alleen van ons was.
Om een of andere reden was ik nerveus en angstig voor een miskraam. Want hoeveel geluk konden wij hebben? Besteld en - bij wijze van spreken - binnen 24u geleverd? KOMAAN!
Yannick was, zoals elke doorsnee man, veel nuchterder en verwees meermaals naar onze eerste zwangerschap die perfect en zonder zorgen verlopen was. De eerste echo met 7,5 weken bevestigde een perfect ontwikkelende embryo en ook de gynaecoloog was heel optimistisch.
Een week later, ongeveer, kleurde het velletje toilet papier echter rood. Ik dacht, "Zie je wel? Sprookjes bestaan niet." En keek met grote, bange ogen naar Yannick die op dat moment bij me in de badkamer stond. Als het een miskraam was, kon niemand iets doen. De natuur zou dat klusje wel klaren. Ik kan je verzekeren dat mijn gevoel van onmacht op dat moment nooit groter is geweest. Ik stond erbij en keek ernaar. Mijn hart huilde en mijn verstand probeerde te rationaliseren, "Als het zo moet zijn, dan is het omdat er iets mis was.", of "bloedverlies komt vaker voor en wilt niet perse iets zeggen.".
Daags nadien, konden we gelukkig op controle. Het was een kleine, korte bloeding geweest, die niets met de baby te maken had, maar met de groeiende placenta. Een gesprongen bloedvat. Niets zorgwekkend. Ik zou nog wel wat licht bloedverlies kunnen hebben, maar daar hoefde we ons geen zorgen over maken. Zolang het niet meer werd.
Traag maar gestaag, kwam de symbolische grens van 12 weken dichterbij. Ondertussen had ik nog twee kleine bloedingen gehad, maar telkens werd ik door mijn vroedvrouw en de lieve vroedvrouw op de verloskamer, gerust gesteld. Geen buikpijn? Geen krampen? Geen zorgen. Op 13 weken besloten we het nieuws wereldkundig te maken, na een goede NIPT uitslag. Yannick was zo ongeduldig om het te kunnen verkondigen en zo blij dat het eindelijk zover was. En al die felicitaties deden ons echt deugd en maakten het weer dat beetje meer 'echt'. Het geheim was geen geheim meer.
De volgende nacht werd ik wakker van nattigheid tussen mijn benen. Het deed me een beetje denken aan gebroken vliezen. Maar dat kon natuurlijk niet, na 13 weken. Ik repte me naar de badkamer, ik werd achtervolgd door een bloedspoor. What the fuck? Mijn hartslag maakte overuren en ik kon niet meer helder nadenken, dus probeerde ik van deze bloedrode olifant kleinere stukjes te maken. Net zoals ik zou doen bij een groot project op het werk.
Stap 1, Yannick wakker maken.
Stap 2, kleren uit.
Stap 3, douchekraan open.
Stap 4, Yannick vragen om het bloed op te ruimen.
Stap 5, douchen, wegspoelen, maar niet vergeten.
Stap 6, afdrogen en kleren aan.
Stap 7, wachten tot het ochtend wordt en we de gynaecoloog konden bellen.
Als jonge mama en een notoir slechte slaper, ken ik de nachtelijke uurtjes als het achterste van mijn broekzak, maar al die wakkere uren verbleekten bij deze nacht. Acht vreselijke uren zou ik moeten wachten tot ik kon bellen. Waarom moest dit nu ook 's nachts gebeuren? En had ik dit misschien zelf veroorzaakt door de week ervoor enkele keren paracetamol te nemen tegen de hoofdpijn? Had ik iets gegeten dat dit had veroorzaakt? Was de baby oké? Waarom kon ik de baby godverdomme op 13 weken nog niet voelen bewegen? Had ik de vorige keren misschien toch moeten aandringen op een echo? Wat als de baby te weinig zuurstof of voeding krijgt? Heeft dit blijvende gevolgen? Is dit het begin van een miskraam? Waarom kan ik niet nog een beetje slapen? En waarom gaat de tijd zo traag? Vraag na vraag tolde door mijn hoofd en ik kon op geen enkele zelf het antwoord geven.
Stipt om half negen belde ik naar de privé praktijk van mijn gynaecoloog. Het was de receptioniste die opnam. Met een trillende stem vroeg ik of de dokter al aanwezig was en legde ik kort het probleem uit. Ik zou die avond om 20u op controle komen, maar ik vroeg haar of het mogelijk was om eventueel toch vroeger te komen. Ik was bang dat er iets mis was. Grondig mis. De receptioniste verontschuldigde zich en zei dat de dokter in de voormiddag consultatie had in het ziekenhuis en dat ik even naar daar zou moeten bellen om te kijken wat mogelijk was.
Ik zou echter wel nog een half uur moeten wachten want dan ging de receptie pas open. De receptioniste van het ziekenhuis was super lief en was al op de hoogte gebracht door de eerste receptioniste. Ik mocht nu meteen komen, of beter, moest nu meteen komen.
Door corona mocht Yannick niet mee naar binnen. En ik was als de dood dat ik eventueel slecht nieuws moederziel alleen zou moeten aanhoren. Eens binnen bij de dokter, kreeg ik een krop in de keel en tranen in mijn ogen. Ik was in paniek en voelde me schuldig. Schuldig omdat ik in paniek was en me zorgen maakte. Schuldig omdat ik mijn tranen niet kon bedwingen. Schuldig omdat ik vergat met Yannick te Facetimen, zoals ik had beloofd.
Eens op de dokterstafel, keek ik bang naar het scherm. De dokter vroeg of we misschien niet beter zouden bellen naar Yannick. Dat hij het ook wel zou willen horen en zien. Gelukkig, toch nog iemand die helder kon nadenken.
De gyneacoloog was even stil terwijl ze het baby'tje zocht, en ik hoorde geen harttonen. Ik hield mijn adem in en vermoedde het ergste. We waren het kwijt. Neen! Neen! Neen!
Maar dan zuchtte de gynaecoloog kort van opluchting en vertelde ze dat het kleintje erg bewegelijk was. Het hartje klopte goed, en met een druk op de knop hoorde we luid en duidelijk de harttonen. Ik begon te huilen, van opluchting, van ontlading. Als het kleintje maar oké was. Als het kleintje maar oké was.
De bloeding werd veroorzaakt door mijn placenta. Die is wellicht wat afgescheurd van de baarmoederwand en heeft gezorgd voor een ophoping van bloed. Dat bloed komt er traag of snel uit, dat is niet te voorspellen.
Gevolg, twee weken rust, in de zetel. Niet wandelen, niet kuisen, niet met Ezra spelen, niets. Dus dat doe ik nu, een beetje gefrustreerd en verveeld, maar als ik moet kiezen wat belangrijker is, is de keuze snel gemaakt.
Aangezien bloedingen voornamelijk voorkomen in het eerste trimester, kunnen we stilletjes hopen dat dit zich niet nog eens herhaalt. Dat het een andere zwangerschap zal worden als met Ezra, dat staat nu al vast. En ik hoop er binnenkort wat meer van te kunnen genieten. Want zowel ik als ons frommeltje verdienen dat.
Je weet pas hoezeer je iets wilt, wanneer het er (bijna) niet meer is. Dus ik tel mijn gelukjes. Elke dag opnieuw. Tellen jullie mee?
X
Enya

Amaai zeg, heel stevige post. Was er hier even niet goed van. Zeker toen ik de inleiding in mijn mailbox las! Maar goed dat alles momenteel goed loopt. Dikke knuffel en hopelijk tot snel. 😉😘