top of page

5 dingen die ik ontdekte na twee weken school

  • Foto van schrijver: Enya Franckaerts
    Enya Franckaerts
  • 20 mrt 2020
  • 3 minuten om te lezen

1. Jij bent zenuwachtiger voor de eerste schooldag dan je kleuter


Oh mijn God, wat was ik zenuwachtig in de dagen voordat Ezra de eerste keer naar school moest. Ik ben zeker 2 kilo afgevallen van pure stress ondanks mijn stress-vreet-buien van geribbelde paprika chips.


Ik was zo bang dat hij het vreselijk zou vinden. Dat de eerste ochtend een scène zou zijn uit een dramatische telenovela waarbij Ezra als een krijsend aapje van mijn lijf moest worden getrokken zodat ik (wenend) naar mijn werk kon vertrekken. Ik werkte voor de zekerheid van thuis die eerste dag, en de tweede en derde dag ook maar. Je weet maar nooit...


Juf Inge had ons gezegd dat we al rond 8u00 naar de klas mochten komen zodat we nog even samen met Ezra in de klas konden spelen, maar dat we wel om 8.30u afscheid zouden moeten nemen. Toen het moment daar was, hielden Yannick en ik onze adem in. Nu kwam het. Nee? Nu dan? Nee? als we door de deur stapten dan. Toch niet. Was er iets mis met dat kind zijn traankanaal? Misschien toch maar eens mee naar de specialist. Of, nog erger, hij vindt het helemaal niet erg om zonder zijn mamaatje een hele dag te spelen en nieuwe dingen te ontdekken. Auwtch. Ezra nam dus zonder ook maar 1 traan te verpinken afscheid van papa en mama. Ok dan.

Dag Ezraatje, veel plezier. Mama weent niet, hoor.


2.Vraag een 2,5 jarige niet naar zijn dag


Ik zweer het, je komt van een kale reis terug.


Mama: “Ezra, was het leuk op school bij juf Inge?”

Ezra: knikt.


Mama: “Wat heb je allemaal gedaan?”

Ezra: kijkt je aan met grote, zwarte knikkers en begrijpt de dingen niet helemaal.


Mama: ”Heb je gekleurd?”

Ezra: “ja.”


Mama: ”En wat heb je dan gekleurd?”

Ezra: kijkt je aan met grote, zwarte knikkers en begrijpt de dingen niet helemaal.


Mama: “Heb je buiten gespeeld?”

Ezra: “Ja.”


Mama: “En met wie heb je buiten gespeeld?“

Ezra: kijkt je aan met grote, zwarte knikkers en begrijpt de dingen niet helemaal.


Mama: “Heb je de tanden van een tijger gepoetst?”

Ezra: “ja.”


Owkay.

3. Improviseren is key


Ezra moet, naast zijn lunchpakket, ook nog 2 stukken fruit meenemen. Eentje al gesneden in een potje. En het andere nog heel.

Een tip. Laat die banaan gewoon heel. Snijd appel.

Nog een tip. Zet in je agenda “koop brood”. Dagelijks. Met alarm.

Een laatste tip. Improviseren mag. Welke tweejarige weet immers al dat een wortel geen stuk fruit maar groente is? Exact. Geen enkele.


4. Schrijf op alles zijn naam. Écht alles

Eerlijkheidshalve moet ik bekennen dat het in de Info brochure stond én dat Inge ons had gewaarschuwd. Schrijf op alles zijn naam.

Brooddoos: check

Drinkfles: check

Fruitdoos: check

Rugzak: check

Muts: check

Reservekledij: check

Schoenen: niet check

Dag 5 van Ezra’s eerste week. We hadden door dat Ezra best regenlaarsjes aandeed aangezien op de speelplaats toch wel wat plassen en modder lag. De schoolbel gaat en 17 kleine pagadders komen uit de klas gestoven. Rugzakje nemen, jasje aan, laarsjes aan. Of niet. Ezra‘s laarsjes waren verdwenen.


Ik draai me om en zie een klasgenootje van Ezra met identieke regenlaarsjes aan zich klaarmaken om naar huis te vertrekken. Ik vraag heel beleefd aan de grootmoeder die erbij was of het zou kunnen of dat misschien Ezra’s laarsjes waren. Ze keek me nogal verbaasd aan en zei dat ze vermoedde van niet maar dat ze niet 100% zeker was omdat haar kleinzoontje net nieuwe laarsjes had en ze die zelf nog niet had gezien.

Het kon ook altijd toevallig zijn dat de twee kleuters dezelfde laarsjes hadden gekregen.

Ik probeer nog even te zoeken of er andere laarsjes van dat jongetje zouden kunnen zijn, maar op alles antwoordt de kleine bengel, “neen, niet van mij.”

Na een minuutje of twee, staat de grootmoeder op en kondigt ze doodleuk aan dat ze naar huis vertrekt. Daar stond Ezra dan, op zijn sokjes. Wenend omdat het andere jongetje met zijn laarsjes wegstapte.


Op dat moment vraagt een andere mama, “oei, had je zijn naam er niet opgeschreven dan?” Neen, vrouwmens. Anders had ik deze shit niet gehad op een vrijdagnamiddag, he? Hou uw mond (Dit was mijn non-verbale passieve agressie). In het echt zei ik gewoon, “Neen, het is voor ons nog wat wennen deze eerste week.”


Uiteindelijk vonden we alsnog de regenlaarsjes (mét naam) van het andere kindje, kon Inge hen nog net bij de schoolpoort inhalen en als Ezra’s redder-in-nood terugkomen met zijn gele regenlaarsjes. Punt gescoord, juf Inge!

5. kleuterleidsters hebben superkrachten


Beeld je in, 20 kleuters in één besloten ruimte. 1 kleuterleidster. Chaos? Tierende, maniakale projectielen? Think again.

Niemand roept, loopt of weent. Echt zot. Ik kan mijn eigen zoontje al geen 2 uur rustig houden zonder dat in dreigend tot drie moet tellen omdat hij voor de zoveelste keer niet van de rand van de zetelleuning wil komen.


Juf Inge, mag ik jouw superkracht eens lenen? Voor onbepaalde duur? Enya







 
 
 

Comments


©2019 door Love, Learn, Work. Met trots gemaakt met Wix.com

bottom of page